Werkgroep Kerkuilen
Regio Leiden-Leimuiden

 
 
   

De steenuil (Athene noctua)

 

Onderstaand vindt u enige informatie over de steenuil. Oorspronkelijk een vogel van de mediterrane en centraal Aziatische halfwoestijnen

Grootte

21-23 cm (mannetje en vrouwtje zijn even groot) spanwijdte 54-58 cm.

 

Biotoop

Open gebieden met lage vegetatie, oude knotwilgen, extensief gebruikte boomgaarden, andere kleinschalige agrarische gebieden, randen van dorpen met oude bomen en veeweiden. Rust, nestgelegenheid en voldoende voedsel gedurende het gehele jaar zijn hierbij belangrijke factoren.

 

Geluid

Luid, welluidend fluiten tot schel krijsen. Rijk repertoire met veel overgangen en combinaties. De territoriale zang van het mannetje bestaat uit langgerekte, melodieuze goehk geluiden. Klik hier voor een geluidsfragment.

Leefgebied


Nestplaats

Natuurlijke holtes in knotwilgen of oude fruitbomen en gaten in muren en ongestoorde hoekjes in boerenschuren en gebouwen. Ook de speciaal voor steenuilen ontworpen nestkasten blijken in de praktijk te functioneren. Klik hier voor een tekening van een steenuilen nestkast.
 

Voedsel

in de zomermaanden vormen insecten en regenwormen een belangrijk deel van het voedsel. Verder is de veldmuis een belangrijke prooi en andere kleine zoogdieren. Bij sneeuwval schakelt de steenuil over op kleine vogels. In de braakballen treft men vooral in de warmere maanden veel vleugels, pantsers en poten van kevers aan.


Standvogel

Bij de volwassen vogels is het mannetje zeer honkvast. Een klein deel van de vrouwtjes verhuist wel eens, maar nooit verder dan ca. 40 km. De jongen vestigen zich in het algemeen binnen een straal van 10 km. Slechts enkelen trekken verder dan 100 km.
 

Bedreigt of niet?

De steenuil staat op de Rode Lijst 2004 als kwetsbare soort. Tot in de 20e eeuw broedden er tienduizenden in ons land. Door de schaalvergroting op het platteland en het verdwijnen van hoogstamboomgaarden is de stand teruggelopen tot ca. 5500 tot 6000 paren met de grootste concentraties nabij de grote rivieren, in beekdalen en in Zuid-Limburg.